Realisatie van autonoom toegankelijke stations en treinen in een stroomversnelling

Foto: NMBS

UPDATE 24/12/2021 – Eind dit jaar (2021) zullen er in België 88 van de 554 treinstations autonoom toegankelijk zijn voor personen met een beperkte mobiliteit en tegen eind volgend jaar (2022) moeten er dat 98 zijn. Eind 2019 waren er dat nog maar 71 en een jaar later 78. Streefdoel is om tegen eind 2030 250 dergelijke autonoom uitgeruste stations te tellen. Daarmee zullen 85 tot 90% van alle opstappende reizigers worden bereikt. Voor 112 van die stations is het daarvoor nodige budget reeds voorzien. Ook het aantal stations dat volledig is uitgerust met hoge perrons (76 cm), groeit gestaag: van 151 eind 2019 over 161 in 2020 tot 172 eind dit jaar. Knelpunt is nog de autonome toegankelijkheid van de treinen: op dit moment beschikt de NMBS nog over geen enkele trein waarin drempelloos kan worden ingestapt. Pas vorig jaar (2020) werden voor het eerst rijtuigen besteld die exact dezelfde instaphoogte zullen hebben als de perrons van 76 cm en waar geen gleuf zal zijn tussen de perrons en de instapdeuren. De eerste autonoom toegankelijke treinen zullen pas in 2024 instromen.

Autonoom toegankelijke stations

Om van een autonoom toegankelijk station te kunnen spreken moeten er blindegeleidelijnen aanwezig zijn en de ticketautomaten te bedienen vanop lage hoogte. Maar bovenal is het belangrijk dat er hellingen en/of liften aanwezig zijn en dat alle perrons een hoogte van 76 cm hebben. Dit moet toelaten dat personen met een beperkte mobiliteit zonder hulp het station en de perrons kunnen betreden.

Tot 2019 was er nauwelijks sprake van volledig autonoom toegankelijke stations en wanneer er stations werden uitgerust met perrons van 76 cm, dan was dat niet steeds het geval voor alle perrons van eenzelfde station, laat staan voor alle perrons van eenzelfde lijn. Zelfs autonoom toegankelijke treinen zouden hier nauwelijks hebben gebaat.

Kentering kwam er toen in 2019 binnen de NMBS een CSR-team werd opgericht (CSR: Corporate Social Responsibility) en daar op 1 januari 2021 een persoon werd aan toegevoegd die specifiek bevoegd is voor toegankelijkheid. Een nieuwe toegankelijkheidsstrategie werd uitgewerkt. En daar kan duidelijk de hand in worden gezien van NMBS-CEO Sophie Dutordoir, die nog meer dan vorige CEO’s belang hecht aan de kwaliteit van de reizigerservaring. Zij staat sinds 2016 aan het roer van de NMBS en moet haar bedrijf tegen een versneld tempo klaar maken opdat ze tegen 2033 de concurrentie aankan met particuliere exploitanten. Anderzijds is er de persoonlijke sociale bewogenheid van de CEO.

Wat de stationsgebouwen betreft, kan de NMBS een en ander vrij autonoom beslissen maar wat betreft de perronhoogtes moest en moet dit in samenspraak met infrastructuurbeheerder Infrabel. Het waarmaken van haar doelstellingen bestempelde de NMBS in haar jaarverslag over de activiteiten in 2020 als een ‘heuse logistieke en financiële uitdaging’.

Om dit uitdaging aan te gaan, vindt Sophie Dutordoir in de persoon van federaal mobiliteitsminister Gilkinet een ware medestander. Zo trok die voor dit jaar (2021) voor 75 miljoen euro aan Europees geld uit in het kader van het zogenaamde ‘Boost-plan’ terwijl ook tijdens het begrotingsconclaaf van oktober daarvoor bijkomend geld werd uitgetrokken.

Autonoom toegankelijke treinen

Zonder hulp van spoorwegpersoneel de treinen inrollen, is een ander paar mouwen want dat behelst ook autonoom toegankelijke treinen. Ook daar evolueert een en ander snel: waar de NMBS in januari 2020 nog veel kritiek kreeg, van onder meer de Nationale Hoge Raad voor Personen met een Handicap (NHRPH) omdat ze in 2015 een lot van 445 slecht toegankelijke M7-rijtuigen had besteld (rijtuigen waarvan de eerste exemplaren eveneens in januari 2020 op het Belgische spoorwegnet verschenen) gooide de NMBS in 2020 het roer radicaal om. Met de persmededeling van 5 oktober deelze ze mee dat ze had beslist dat ze voortaan enkel nog rijtuigen en treinstellen zou bestellen die drempelvrij kunnen worden betreden. “De eerstvolgende bestelling van M7-dubbeldekstreinen zal in die zin worden aangepast, zodat iedereen via een uitschuiftrede zonder assistentie de trein kan nemen” schreef de NMBS daarover in haar persbericht. Dit vergde een aanpassing van het raamcontract die ze in 2015 had afgesloten voor de bestelling van in totaal 1.362 rijtuigen. Een goede maand later werd dit geconcretiseerd met de mededeling dat de NMBS 200 bijkomende M7-rijtuigen had besteld waarvan er 130 rijtuigen autonoom toegankelijk zullen zijn.

En vandaag, 20/12/2021, kwam er bijkomend goed nieuws dat binnen datzelfde raamcontract nog eens 98 van die M7-rijtuigen heeft besteld. Als gevolg van haar eerdere beslissing zullen ook deze 98 rijtuigen autonoom toegankelijk zijn. De 130 eerder bestelde autonoom toegankelijke rijtuigen zullen samen met de nu bestelde 98 extra-rijtuigen 30% uitmaken van de in totaal tot dusver 747 bestelde rijtuigen. Deze zullen dan worden gemengd met de eerder bestelde rijtuigen zodat vanaf 2024 alle M7-treinen met zullen beschikken over minstens één autonoom toegankelijk rijtuig.

Tot dan is het nog even beredderen en zullen personen met een beperkte mobiliteit nog moeten beroep doen op spoorwegpersoneel om hen op de trein te helpen. Bij dat op en van de trein helpen van personen met een beperkte mobiliteit loopt er al eens iets mis: gemiste aansluitingen, personen in een rolstoel die in de trein niet door spoorwegpersoneel wordt opgehaald, enz. Omdat met autonoom toegankelijke treinen en stations personen met een beperkte mobiliteit zonder hulp van derden de trein kunnen nemen, zullen veel van die klachten dan achterwege kunnen blijven. Omdat de NMBS hiermee ook kan besparen op spoorwegpersoneel, is ook dat ook voor haar een win-situatie. Terzelfdertijd zijn autonoom toegankelijke stations en treinen niet alleen een goede zaak voor mensen die voor hun verplaatsingen zijn aangewezen op een rolstoel: ook jonge moeders met kinderwagens, fietsers en bejaarden doen er hier hun voordeel mee.

NAWOORD (UPDATE 24/12/2021):

Koopt de NMBS voortaan enkel nog rijtuigen die autonoom toegankelijk zijn, onze nationale spoorwegmaatschappj heeft nog geen concrete plannen om bestaand materieel in die zin aan te passen. Ook niet voor de 305 Desiro-motorstellen (cfr. bovenaan). Het in die zin aanpassen van de Desiro-motorstellen was begin dit jaar nochtans het onderwerp van een technologiewedstrijd die zich richtte tot de derde graad van het technisch en beroepsonderwijs.

De opdracht bestond uit twee concrete uitdagingen:

  • De vervanging van de momenteel nog aanwezige inklapbare voettreden door uitschuifbare treden met twee standen: een basisstand waarbij bij elke halte de trede 20 cm wordt uitgeschoven en een door de treinbegeleider te activeren stand waarbij de trede 40 cm wordt uitgeschoven. Deze uitschuifbare tredes moeten optimaal tot hun recht komen bij de perrons met een hoogte van 76 cm. Op termijn moeten alle lagere perrons (28 cm en 53 cm hoog) vervangen worden door perrons met deze nieuwe hoogte.
  • Een automatisch opklapbaar en in het treinstel geïntegreerd platform dat tot 300 kg dragen en dat ongeveer 850 mm breed is en kan worden ingezet bij perronhoogtes van 760 mm tot 550 mm Een soortgelijk platform is reeds in deze treinstellen aanwezig maar moet nog manueel in zijn juiste stand worden gedplaatst door het opgeroepen stationspersoneel.

Deze wedstrijd werd gewonnen door de leerlingen van Don Bosco Helchteren.

Lees meer over deze technologiewedstrijd:

Wat betreft de autonoom toegankelijke stations bezorgde het kabinet van de minister ons begin november een overzicht van stations waarvan het autonoom toegankelijk maken, wordt gefinancierd met de 75 miljoen euro die werd toegekend in het kader van het Boost-plan. Tegelijk liet het kabinet weten dat ook een deel van de 250 miljoen euro uit het begrotingsconclaaf van oktober 2021 was voorzien voor het verbeteren van de toegankelijkheid van de stations maar dat de concrete verdeling van de besteding van de 250 miljoen euro nog verder diende te worden besproken.

Bij dit jaareinde kon het kabinet van de minister nog niet verduidelijken in hoeverre de volgende planning op basis van de subsidies uit het Boost-plan in positieve zin werd beïnvloed door de bijkomende subsidies die werden toegekend in het kader van het begrotingsconclaaf van oktober van dit jaar.

De bedragen vermeld bij 2025 en 2030 zijn de vooropgestelde doelstellingen. Om deze doelstellingen te halen zal dan ook nog een flink tandje moeten worden bijgestoken. Maar dan zijn we alweer minstens één federale regering verder waarbij deze toekomstige regeringen deze doelstellingen zulllen moeten waarmaken. De bovenlijn vertegenwoordigt de 554 stations die onder de bevoegdheid van de NMBS vallen. De 250 autonoom toegankelijke stations die tegen eind 2030 zouden moeten worden gerealiseerd behelzen wel 85 tot 90% van alle opstappende reizigers.

Wel liet het kabinet van de minister weten dat de recente bestelling van 98 bijkomende M7-rijtuigen buiten de 250 miljoen euro valt die werd goedgekeurd op het begrotingsconclaaf van oktober.

Delen met:

Geef als eerste een reactie

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*


Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.