28% minder kosten, 33% minder CO2, 60% minder afgelegde kilometers en 25% snellere levertijd bij ophalen en afleveren van pakjes op platteland

Foto: POM West-Vlaanderen

Geslaagd experiment in de Westhoek

Boer Olivier Mehuys uit Keiem (Diksmuide) is verheugd. Samen met nog 4 andere lokale producenten uit de zogenaamde korte keten, stapte hij mee in een proefproject dat werd opgezet door de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij West-Vlaanderen (POM) en de Vlaamse speerpuntcluster VIL. Met dit proefproject wilde men uitzoeken op welke manier men het transport van gekoelde en diepgevroren pakjes in meer afgelegen en dunbevolkte gebieden efficiënter kon organiseren en wat de impact zou zijn van operationele samenwerking. De resultaten zijn er naar: met het proefproject slaagde men er in om de kostprijs per afgeleverde pakket met 28% te reduceren en door een daling van het afgelegde kilometers met 60%  de CO2-uitstoot per pakket met 33% te laten dalen. Daarenboven realiseerde men een 25% kortere leveringstermijn. Waar oorspronkelijk een proefperiode van 6 maanden werd vooropgesteld, wordt dit project nu voor onbepaalde duur verdergezet.

Het afleveren van pakjes in dunbevolkte gebieden is een uitdaging op zich. In eigen land maken de verschillende pakjeskoeriers geen onderscheid in tarieven noch in aflevertermijn. In ons land worden in principe pakjes afgeleverd de dag na verzending en betaalt men ongeacht de bestemming een zelfde tarief. In sommige landen is dat niet het geval en maakt men een onderscheid tussen steden en meer dunbevolkte gebieden. In meer landelijke gebieden kan een pakje gemakkelijk enkele dagen langer wegblijven terwijl men er ook meer voor moet betalen.

Een en ander is niet verwonderlijk. Omdat in landelijke gebieden mensen verder uit elkaar wonen, is voor bestelwagens de afstand tussen twee opeenvolgende haltes groter terwijl ook een grotere afstand moet worden afgelegd om van in het pakjesdepot tot bij de klanten te rijden. Daarenboven versterkt onze typische lintbebouwing de reeds lage bevolkingsdichtheid. Het aantal af te leveren en op te halen pakjes is dan ook beduidend lager dan in de steden. Daarenboven doet elke koerier zijn eigen ding waardoor ze naast elkaar werken en er overlappingen zijn. Bestelwagens van verschillende pakjeskoeriers rijden dan ook vaak op hetzelfde moment rond.

Kosten in dunbevolkt gebied tot 3 keer hoger dan in verstedelijkt gebied

De zogenaamde dropdensiteit, dat is het aantal afgeleverde pakjes per keer dat een bestelwagen stopt, is dan ook zeer laag, ook bij de pakjeskoeriers die grotere volumes behandelen. Bij de zogenaamde producenten van de korte keten, en in het bijzonder deze die verse of diepgevroren producten rechtstreeks van bij producent tot bij consument afleveren, is deze dropdensiteit nog lager: In de Westhoek  worden op 1 dag gemiddeld 10 dergelijke pakjes verspreid over gemiddeld 10 haltes, afgeleverd. De kosten per stop kunnen in dergelijke dunbevolkte gebieden tot wel 3 keer hoger zijn dan in verstedelijkt gebied.

Ook in meer verstedelijkt gebied kan het ophalen en afleveren van pakjes efficiënter maar daarover  werd zowel in eigen land als daarbuiten reeds heel wat studiewerk verricht. In eigen land was tot voor kort het bestuderen van de efficiëntie bij het ophalen en afleveren van pakjes, nog onontgonnen gebied. Het door de POM West-Vlaanderen en het VIL opgezet pilootproject bracht daar verandering in. In het bijzonder ging daarbij de aandacht uit naar gekoelde en diepvriespakketten uit de korte keten.

Het VIL is een door de Vlaamse overheid gesubsidieerd innovatieplatform voor de logistieke sector dat sinds 1 januari 2017 erkend is als Speerpuntcluster Logistiek. De instelling helpt Vlaamse bedrijven om innovatieve logistieke projecten te realiseren en zo hun competitiviteit te verhogen. Het is een ledenorganisatie die bedrijven en organisaties uit diverse sectoren bij elkaar brengt. Ook kennisinstellingen en overheidsinstanties werken mee. Informatietechnologie (ICT) speelt bij het uitbouwen van projecten een grote rol.

Onderzoeksproject

Zo ook bij het onderzoeksproject dat voor de Westhoek werd opgezet. Daarvoor ontwikkelde  het Vlaams Instituut voor Technologisch Onderzoek (VITO) een rekenmodel. Daarbij werden de gegevens over de bestaande situatie ingeladen, een aantal alternatieve modellen uitgetekend en de te verwachten effecten uitgerekend.

Daarop volgde dan van juli  tot en met december vorig jaar een praktijkonderzoek in de Westhoek. Oorspronkelijk was het de bedoeling dat twee verschillende concepten zouden worden uitgewerkt die gedurende 3 maanden nader zouden worden onderzocht, maar uiteindelijk bleef het onderzoek van het eerste model, op maat van de deelnemende producenten, gedurende 6 maanden lopen terwijl voor twee producenten het project nu wordt verder gezet terwijl ook een producent later instapte.

Boer Olivier

Boer Olivier Mehuys uit Keiem (Diksmuide) was in dit project een pionier van het eerste uur. Voor hij in het project stapte, leverde hij om de drie weken op zaterdag zelf zijn Local Foodbox over heel West-Vlaanderen en over een groot deel van Oost-Vlaanderen. Door in het project te stappen, kon hij zijn afzetgebied uitbreiden en ook bestellingen afwerken uit de provincie Antwerpen. Door de leveringen uit te besteden bij het koerierbedrijf Link-Up uit Oostkamp kan hij voortaan die zaterdagen op een andere manier invullen.

Olivier Mehuys: “We zijn zeer tevreden over de samenwerking met Link-up. Door hun professionele logistieke kennis winnen wij heel veel tijd. Onze klanten zijn dan ook zeer tevreden dat ze op voorhand een e-mail en sms krijgen wanneer hun bestelling geleverd wordt. Dit is iets wat wij zelf niet zouden kunnen aanbieden. Ook wil ik de projectleiders van VIL en POM West-Vlaanderen graag bedanken om ons te betrekken in het project. Zij begrepen onze wensen goed en lieten ons de tweede helft van het project verder samenwerken met Link-Up i.p.v. de koeriersdienst die oorspronkelijk het tweede luik van het proefproject voor zijn rekening zou nemen. Voor ons is dit een geslaagd project”.

Boer Mario

Tijdens het proefproject werden de bestellingen elke vrijdag opgehaald en besteld. In functie van de productie is voor hem een driewekelijkse afhaal- en bestelronde echter voldoende. Samen met zijn collega-boer Mario Meirleve (Hoeveleesonline.be) uit Ieper zet hij de samenwerking met koerierdienst Link-Up verder.

Waar voorheen de webshop-klanten van Mario Meirleve, uit onder meer Brussel, Antwerpen en Leuven, zelf hun vleespakketten moesten ophalen, worden zijn bestellingen nu om de 3 weken aan huis geleverd. Omdat het veelal om diepgevroren pakketten gaat is het noch voor hem noch voor zijn klanten een probleem dat zijn zendingen maar om de drie weken worden opgehaald. Voor boer Mario Meirleve is het belangrijker dat hij nu een extra service kan aanbieden aan zijn webshop-klanten die wat verderaf wonen.

Patissier Stephan Destrooper

Patissier Stephan Destrooper uit Sint-Idesbald verzorgde oorspronkelijk eveneens zelf zijn leveringen maar stapte eveneens in het proefproject. Ook hij is opgetogen, zeker toen tijdens het proefproject er een wekelijkse ophaalronde was. Maar nu er na het proefproject nog slechts een driewekelijkse afhaalronde overblijft, is het voor hem minder interessant om de samenwerking met pakjeskoerier Link-Up verder te zetten. Om verder wekelijks in een afhaalronde te voorzien, is het te vervoeren volume te klein terwijl voor het verzenden van zijn melocakes een driewekelijkse afhaalronde te beperkt.

Roomijsbedrijf L’Heritage

Bij roomijsbedrijf L’Heritage uit Reninge (Poperinge), dat sinds 25 jaar passie ijsbereidingen maakt op basis van verse producten uit de Westhoek, speelt hetzelfde gegeven. Ook daar is men opgetogen over het proefproject maar is ook hier een afhaal- en bestelronde om de 3 weken te beperkt. Zaakvoerder Bart Mostaert: “Wij zijn al een aantal jaar op zoek naar de missing link om onze ijsproducten bij onze klanten thuis te leveren. Het project van VIL en POM West-Vlaanderen was zeer leerrijk en heeft ons gemotiveerd om in 2022 verdere stappen te zetten met onze webshop. We hebben nog wat finetuning en commerciële inspanningen voor de boeg om het echt te doen slagen, maar zijn blij dat we ondertussen via dit project al heel wat bijgeleerd hebben”.

Chocolaterie Ledoux

Delfien De Tavernier van Chocolaterie Ledoux in Langemark maakt met kwaliteitsgrondstoffen op ambachtelijke wijze pralines, zeevruchten, truffels en holle figuren. Haar webshop verkeerde bij de aanvang van het proefproject nog in een opstartfase en voor haar was het vooraf moeilijk het aantal bestellingen in te schatten en om te weten waar de bestellingen heen moesten worden gestuurd. Delfien De Tavernier: “Het ecologisch en verantwoord aan huis bezorgen sprak mij aan. We werden in dit project goed begeleid door VIL en POM West-Vlaanderen. Kortom, het was voor mij een leerzame uitdaging”.

Ondanks het feit dat dit onderzoeksproject voor Delfien De Tavernier een leerzame uitdaging was, zette zij de samenwerking met pakjeskoerier Link-up niet verder. Bij haar speelt echter een ander verhaal. Het proefproject was namelijk gericht op gekoelde leveringen, wat duurder is dan meer traditionele leveringen. In de wat warmere maanden is voor haar producten koeltransport een noodzaak. Maar buiten deze warmere maanden kan het transport van chocolade ook met een gewoon transport, waardoor het tijdens de koudere maanden goedkoper is om een beroep te doen op meer traditionele koerierdiensten.

Webshop

Om dit alles te kunnen verwezenlijken, was het nodig dat de producenten beschikten over een degelijk uitgebouwde webshop. Eén producent kreeg zijn webshop niet tijdig klaar en diende daarom zijn medewerking aan het proefproject af te zeggen.

Westhoek is uiterst dun bevolkt

Een zaak hebben al deze producenten gemeen en dat is dat hun bedrijf in een uiterst dunbevolkt gebied is gelegen. Zo telt het arrondissement Diksmuide slechts 142 inwoners/km2. In de arrondissementen Ieper en Veurne zijn dat respectievelijk 192 en 215 inwoners/km2.

De praktijktest verschafte heel wat inzichten over het ophalen van gekoelde en diepgevroren pakjes bij producenten in de korte keten, maar bood geen antwoord op het efficiënter en goedkoper afleveren van pakjes aan consumenten in dunbevolkte gebieden, zoals in de Westhoek. Daarvoor werd wel een theoretisch model uitgewerkt, maar werd een en ander nog niet in de praktijk uitgetest.

De resultaten van het theoretische model leunen heel dicht aan bij de resultaten die bij de praktijktests werden opgetekend. Waar men met het rekenmodel per te vervoeren pakket een kostenbesparing van 35% voorspelde, kwam men in de praktijk met een kostenbesparing van 28% iets minder laag uit. De afgelegde afstand per pakket kwam met een besparing van 60% perfect overeen met die van het rekenmodel terwijl de verminderde CO2uitstoot met 33% tegenover 29% beter uitpakte dan was voorspeld.

Link-Up

Koerierdienst Link-Up is alvast opgetogen dat ze mocht deelnemen aan dit proefproject en is ook trots dat dit proefproject met enkele deelnemers kan worden verdergezet. Voor dit familiebedrijf dat in Oostkamp nabij de op- en afrit van de E40 is gelegen, was het voor de planning belangrijk dat de gegevens over de pakjes (afzender, bestemmeling, volume, …) haar bedrijf tijdig bereikten.

Producenten dienden hun bestellingen ten laatste op donderdag om 10 uur online door te geven aan Link-Up waarna de verzendlabels konden worden aangemaakt en de producenten hun pakketten konden klaarmaken. Om 17 uur stippelde Link-Up haar route uit waarna de consument kon geïnformeerd worden over het tijdsvenster van anderhalf uur waarin het pakje zou worden afgeleverd. Op vrijdag werden dan de pakketten om 7 uur opgehaald bij de producenten. Opnieuw werd de consument verwittigd over het tijdstip van afleveren, ditmaal binnen een tijdsvenster van slechts 1 uur. Ook de producenten konden in real time de status van hun leveringen volgen.

Ook bracht de input vanuit het consumentenpanel belangrijke feedback die toeliet om de service te verbeteren. De vaststelling dat bij een voldoende volume de kostprijs per pakje gevoelig kon worden gereduceerd, iets dat zowel bij het koerierbedrijf als bij de producenten ten zeerste werd gewaardeerd.

Na het afsluiten van het proefproject stapte Menapii Varkens vooralsnog mee in het verhaal. Andere producenten die eveneens zijn geïnteresseerd, kunnen daarvoor contact opnemen met Link-Up (tel. 050/82 20 51). 

Delen met:

Geef als eerste een reactie

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*


Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.