
OPINIE – Misschien lijd ik wat aan tunnelvisie, maar het komt me voor dat sofismen in het domein van de mobiliteit net iets meer voorkomen dan elders. Aan de toog van de sociale media woekeren de drogredenen welig, meestal uit domheid. De afgelopen dagen was de populairste deze: ‘Een verlaging van de snelheidslimiet naar 100 km/u? Laat ons er 0 km/u van maken, dan is er geen uitstoot meer en gebeuren er geen ongelukken meer, ha!’
Je kunt mensen niet kwalijk nemen dat ze geen benul hebben van wat een ‘optimum’ is of het verschil niet kennen tussen relatieve en absolute snelheid. Hoogstens kan je hen kwalijk nemen dat ze zich niet informeren alvorens een mening te spuien.
Officiële instanties
Erger zijn de sofismen van de vertegenwoordigers van officiële instanties die wetens en willens het publiek een rad voor ogen draaien.
Ik denk dan aan de vertegenwoordiger van de NMBS die diefstalveilige fietsenstallingen aan stations geen noodzaak vindt ‘omdat toch iedereen met een stationsfiets naar het station komt’. Dat is, ik hoef het u niet uit te leggen, een vileine omkering van oorzaak en gevolg: mensen doen hun voor- en natransport van de trein noodgedwongen met fietswrakken, omdat ze weten dat iets beters eerder vroeg dan laat gejat wordt. Gevolg: mensen verplaatsen zich met minder comfortabele en minder veilige fietsen dan zou kunnen. Of nog erger: mensen kiezen voor de auto, voor hun voor- en/of natransport of dan maar meteen voor de hele verplaatsingsafstand. NMBS-lui weten dat ook, maar het is nu eenmaal makkelijker om de verantwoordelijkheid bij de reiziger te leggen.
Verder denk ik aan De Lijn. Die wimpelt tegenwoordig de vraag naar compensatie voor weer eens een afgeschafte bus af met een perfide pirouette waar Nina Derwael nog iets van kan opsteken: ‘Het grootste deel van onze reizigers geeft aan dat zij in de plaats van een individuele compensatie vragen dat onze bussen en trams weer rijden zoals voorzien.’ Ja, natuurlijk willen ze dat het liefst. Maar in afwachting daarvan willen ze niet betalen voor een service die ze niet krijgen. Misschien is dit een goede vraag voor de volgende reizigersbevraging: ‘Bent u bereid te betalen voor diensten die niet verleend worden?’
Politici
Ook onze Vlaamse parlementsleden en ministers zijn niet onbeslagen als het aankomt op sofismen. In de Commissie Mobiliteit stelde Kris Poelaert (CD&V) de vraag naar het verband tussen zwaarder en breder wordende wagens enerzijds en de impact daarvan op de veiligheid van andere weggebruikers. Een vraag die enerzijds een open deur intrapt, want iedereen zou het antwoord moeten hebben onthouden uit de fysicalessen in het middelbaar onderwijs. Anderzijds zijn we er toch blij mee, want zo wordt die problematiek minstens onder de aandacht gebracht.
Maar dan geeft minister Annick De Ridder (N-VA) een sterk staaltje van creatieve statistiekinterpretatie: “We zien wel een trend naar zwaardere wagens, zoals u terecht aanhaalt. Dat heeft vaak te maken met de batterij, waardoor elektrische wagens zwaarder worden. Dat neemt niet weg dat we in de ongevallencijfers nog steeds een positieve evolutie zien voor wat betreft de daling van het aantal verkeersslachtoffers, ook bij fietsers en voetgangers. Daar moet ik u dus tegenspreken, als u vraagt of zwaardere en bredere voertuigen te maken hebben met of kunnen leiden tot een verhoogd aantal ongevallen of zwaardere kwetsuren. Neen.”
De excellentie wekt hier niet alleen de indruk dat het zwaarder en breder worden van auto’s enkel toe te schrijven is aan de elektrificatie, ze kiepert ook enkele fysicawetten over boord. Versta: vanaf nu is het maar een subjectieve indruk van fietser of voetganger dat de gevolgen van een aanrijding met een Dodge RAM op LPG of een elektrische BMW X zwaarder zijn dan die met een Toyota Yaris of een Skoda Fabia.
Overigens ontaardt het gesprek in de commissie daarna in een pleidooi van CD&V-, Vooruit- en Vlaams Belang-verkozenen om de parkeerplaatsen en de wegen in de toekomst aan te passen aan de breder wordende wagens – een suggestie waar de minister ‘uiteraard’ op ingaat…
Hoofdvogel
Maar ach. Het kan nog erger. Hierboven was er tenminste nog debat, al was het dan met argumenten die zondigden tegen elementaire logicaregels. De hoofdvogel werd de voorbije week afgeschoten door niemand minder dan de Vlaamse minister-president Matthias Diependaele (N-VA). Die brandde de suggestie van minister Melissa Depraetere (Vooruit) om de maximumsnelheid op autostrades naar 100km/u te brengen (om alsnog de klimaatdoelstellingen te halen) af met volgende tweet: ‘De maximumsnelheid op autosnelwegen blijft 120 km/u. Punt.’
Blijkbaar waren zelfs de schijnargumenten op. Ik denk dat ik mijn punt gemaakt heb.
Deze tekst verscheen oorspronkelijk op de blog van “De Andere Kris Peeters / Zonder dwarsliggers rijden er geen treinen” (https://deanderekrispeeters.wordpress.com/2025/05/31/de-wereld-van-sofismen/). Een lezer van deze blog bezorgde de auteur ‘grondstof’. Hij wordt daarvoor dan ook bedankt.
Laat een reactie achter